Skip to main content

Beroemde Graven


Geschreven: 15 juli 2007
Aangepast: 19 maart 2023
Auteur: Jan Brokken
Categorie: Kunst & Cultuur

 

* Kazan (Rusland) 28 mei 1954 - † Amsterdam 16 april 1988

 

Het concert van 27 november 1987 in het Concertgebouw van Amsterdam was niet Youri Egorov's laatste concert - hij zou nog in Florence en Maastricht optreden - maar hij zag het wel als zijn adieu aan het podium. Ook de toehoorders die niet op de hoogte waren van Egorov's ziekte schoven tijdens dat concert naar het puntje van hun stoel, want zelden bereikte een pianist zo'n sterke mate van diepzinnigheid en concentratie als Egorov toen in Schuberts Moments Musicaux. Wat dat betreft vertoont Egorov's recital grote overeenkomst met het laatste indrukwekkende concert van Dinu Lipatti in Lausanne; beide pianisten waren even oud toen ze voor het laatst optraden - 33 jaar - en beide pianisten wisten zich door een ongeneeslijke ziekte veroordeeld.

Youri Egorov (foto ANP Historisch Archief)Youri Egorov (foto ANP Historisch Archief)


Geschreven: 15 juli 2007
Aangepast: 24 december 2020
Auteur: Herman Voogd
Categorie: Wetenschap

 

* Eijsden 28 januari 1858 – † Haelen, 16 december 1940

 

DuboisDubois, van oorsprong anatoom, hoopte de 'missing link' tussen aap en mens te vinden. In 1887 brak hij zijn loopbaan als lector aan de universiteit af om als officier gezondheid 2de klas dienst te nemen in het Koninklijk Indisch leger. Deze dienstbetrekking was een voorwendsel om goedkoop in Nederlands Indië te komen om zijn grote droom te verwezenlijken. Hij zocht op Java en vond fossielen van o.a. een verstandskies, een schedelkapje en een dijbeen van een rechtop lopend wezen, met een herseninhoud die veel kleiner was dan die van de moderne mens. Dubois had zijn rechtopgaande aapmens gevonden, de Pithecanthropus erectus. Hij zou er wereldberoemd mee worden.


Geschreven: 11 juli 2007
Aangepast: 16 december 2019
Auteur: R.P.M. Rhoen
Categorie: Letteren

 

* Nes 20 december 1891 - † Utrecht 28 december 1968

 

 Een vergeten Zeister schrijfster van christelijke literatuur

 

boldinghIn de burgerlijke stand werd zij ingeschreven als Margaretha Anna Maria, maar door haar omgeving werd zij Greet genoemd. Greet Boldingh werd geboren te Nes op Ameland op 20 december 1891. Zij was de oudste dochter van Dirk Johannes Boldingh en van Wilhelmina Engelina Balkema. Haar vader was op Ameland huisarts. Op dit eiland bracht ze acht onbekommerde jeugdjaren door. Toen haar vader arts werd in Schellinkhout, verhuisde het gezin naar de 'vaste wal'. Drie jaar later overleed hij. Haar moeder ging met haar kinderen in Apeldoorn wonen. Hier werd zij opgeleid voor onderwijzeres. Naast haar in Apeldoorn woonde Wilma Vermaat (1873-1967), een onderwijzeres die in 1907 debuteerde als schrijfster. Onder het pseudoniem Wilma schreef zij vooral christelijke romans. Uit de zorg die Wilma Vermaat aan haar buurmeisje schonk, kwam een levenslange vriendschap voort. Na het behalen van het onderwijzersdiploma werd zij eerst onderwijzeres in Elspeet, daarna in Noordwijk aan Zee en in 1916 in Zeist op de Hervormde school aan de Weeshuislaan. Op 25 oktober 1916 verhuisde zij naar Zeist.

{seog:disable}De feministe en schrijfster Titia van der Tuuk (1854-1939) ging in de tijd dat zij voor onderwijzeres studeerde weinig naar de kerk. Rond haar 21e begon zij te twijfelen en zwoor toen het geloof af. Bij Greet Boldingh gebeurde het omgekeerde. De familie was Nederlands Hervormd en toch was er in haar ouderlijk huis geen bijbel in huis en men ging ook niet naar de kerk. Onder invloed van Wilma Vermaat begon zij zich rond haar twintigste juist te verdiepen in het geloof en trouw naar de kerk te gaan. Later zou zij zich aansluiten bij de Evangelische Broedergemeente. Zij zag in haar leven de hand van God. Op de school in Zeist waar zij les gaf, ontmoette zij haar toekomstige man. Ze trouwde op 2 juni 1927 met haar acht jaar jongere collega Jan Renes en nam zij ontslag als onderwijzeres. Uit dit huwelijk werden twee zonen geboren. Toen de eerste zoon geboren werd, had het jonge echtpaar het financieel niet breed en de aanschaf van een kinderwagen was erg begrotelijk. Dit vormde wel het begin van haar schrijversschap. Ze begon korte verhalen uit haar kinderjaren op te schrijven, die opgenomen werden in Stemmen des Tijds, een calvinistisch tijdschrift. De schetsen werden door de uitgeverij Callenbach gebundeld en als haar eerste boek uitgegeven.

stofomslag_het_oude_posthuisOp 11 juni 1930 vertrok het onderwijzersgezin Renes-Boldingh naar Nederlands-Indië, waar haar man als leraar aan een mulo-school was benoemd. Op 29 augustus 1936 waren zij weer terug in Zeist. Zij zouden ook niet meer naar terugkeren naar de Oost, want haar man werd afgekeurd voor de tropen. In Indië schreef zij haar eerste roman Bandjir. Na eerst nog op twee andere adressen in Zeist te hebben gewoond, betrok ze met haar gezin op 30 mei 1940 het pand Zusterplein 8 waar ze tot aan haar dood in 1968 zou blijven wonen en werken. Greet Boldingh was een productieve schrijfster. Meer dan 75 stichtelijke romans, jeugd- en andere boeken en veel tijdschriftartikelen heeft zij op haar naam staan, veel met een historische achtergrond. Zij werd als een zeer consciëntieuze schrijfster gezien, die haar bronnen goed bestudeerde en nauwgezet op stijl en woordkeus lette.

graf_BoldinghHaar Broedergemeenteroman Het oude Posthuis uit 1953 is misschien haar meest gelezen boek. Omdat zij zoveel wist over de historie van de Evangelische Broedergemeente, heeft zij jarenlang bezoekers uit binnen- en buitenland over het Broeder- en Zusterplein rondgeleid. Haar studie over de historie van Zeist, waarvan een aantal in de jaren 1967/1968 in de Nieuwe Zeister Courant werd gepubliceerd, was kwalitatief minder van aard. Op advies van Prof. Dr. J.Ph. de Monté VerLoren, ondervoorzitter van de Van de Poll-Stichting, werd deze serie gestaakt. Boldingh was lid van de in 1947 ingestelde gezangboekcommissie van de Evangelische Broedergemeente, waarin zij het enige lid was dat zich kon beroepen op literaire ervaring. De werkzaamheden van deze commissie vlotten echter niet. Pas in 1969 werd een nieuw gezangboek in gebruik genomen.

detail_grafRenes-Boldingh overleed op 77-jarige leeftijd in een ziekenhuis te Utrecht. Zij werd op 31 december 1968 volgens het begrafenisritueel van de Broedergemeente begraven op de begraafplaats aan de Zinzendorflaan; vak west 2, rij 3, graf 10, nummer 1359.

Hoewel zij getypeerd wordt als een schrijfster van christelijke literatuur, komt zij niet voor in de Christelijke Encyclopedie. In de 'digitale bibliotheek voor de Nederlandse letteren' zoekt men haar naam eveneens tevergeefs. Mag de literaire wereld haar vergeten zijn en haar werk meer als lectuur beschouwen, in Zeist leeft haar naam nog voort. 

 

Bronnen

  • Gemeentearchief Zeist; Burgerlijke stand en bevolkingsregister van de gemeente Zeist.
  • Gemeentearchief Zeist; Topografisch-historische documentatieverzameling, 4.2 Biografieën

Geschreven: 21 juli 2006
Aangepast: 26 december 2020
Auteur: Marten Mulder
Categorie: Letteren

 * Voorst 31 januari 1817 – † Voorburg 4 januari 1908 

 

winkler_prins_009"Teruggekeerd in Veendam", zo staat het te lezen op de zerk van Anthony Winkler Prins en zijn echtgenote Hendrika Rensina Klijnsma. Teruggekeerd naar de plaats, die zijn hart had: Veendam. Alle lof verdient de directeur van het Veenkoloniaal Museum, Petra Maters, die het initiatief nam tot deze terugkeer. De vraag of er in strijd met de wet is gehandeld nu de beenderen van het echtpaar in één kist - weliswaar gescheiden door een tussenschot - in één graf zijn begraven, laten we maar over aan de juristen. Winkler Prins zelf zou er misschien een column aan hebben gewijd onder het hoofd: de letter doodt, de Geest maakt levend, als hij het al niet teveel eer had gevonden. Met zijn laatste wens slechts mededeling te doen van zijn overlijden in de Nieuwe Veendammer Courant, lijkt de terugkeer van zijn gebeente naar Veendam om daar begraven te worden geheel in lijn te zijn.