Begraafplaatsen
In de laatste decennia van de voorbije eeuw is er op lokaal en nationaal niveau een herbezinning over de betekenis en de waarde van oude begraafplaatsen op gang gekomen. Als gevolg van deze ontwikkeling kon een aantal tot ruiming gedoemde begraafplaatsen op het nippertje worden gered. De oude begraafplaats in de nabijheid van de Sint-Lambertuskerk van Horst is daarvan een mooi voorbeeld. Overigens wordt de begraafplaats in de volksmond steevast kerkhof genoemd.
Begraafplaatsen zijn niet direct de plaatsen waar je iemand naar toe stuurt om te genieten van een fraaie parkaanleg. Maar gelukkig zijn er steeds meer mensen die oog krijgen voor de fraaie begraafparken in ons land. Het zijn er niet honderden of duizenden, maar slechts een handvol, verspreid door het land. Ze zijn ontworpen met niet alleen de gedachte zoveel mogelijk ruimte te hebben voor graven, maar juist voor de nabestaande een troostende omgeving te bieden waar het groen een helende functie heeft.
Dit van oorsprong middeleeuws dorp wordt vandaag de dag in één adem genoemd met Teerns. De beide dorpjes zijn gelegen aan weerszijden van de Nauwe Greuns, een water dat vroeger vanuit het zuiden toegang gaf tot Leeuwarden. Van kleine geisoleerde dorpjes zijn de beide plaatsen inmiddels geheel opgenomen in de stedenbouwkundige ontwikkelingen van de stad Leeuwarden. Kerk en kerkhof van Hempens bestaan evenwel nog steeds.
In 1853 kochten de ondernemers en broers Jan en Nicolaas van der Griendt uit ’s-Hertogenbosch samen met George Jan Willem Carp uit Arnhem 610 hectare grond in de Peel. Hun doel was om in dit afgelegen deel van de Peel 610 het aanwezige hoogveen te vervenen en af te graven. Op dat moment zullen ze niet bevat kunnen hebben dat hun onderneming ook een bijzondere funeraire geschiedenis zou opleveren.
Dat er in en rond Heemstede al rond het jaar 1000 mensen geleefd en gewerkt hebben, blijkt uit de schenking van een hofstede door Graaf Dirk II aan de abdij van Egmond. Maar de plaats wordt pas voor het eerst vermeld in een akte uit 1284. Omstreeks deze tijd is het ambacht door graaf Floris V beleend, vermoedelijk aan Reinier van Heemstede. Reinier kwam uit Holy in de omgeving van Vlaardingen. In december 1284 had dezelfde graaf een stuk land, genaamd Berkenrode, in eigendom overgedragen aan Jan van Haerlem, de stamvader van het geslacht Berkenrode.
De geschiedenis van Heemstede heeft zich gedurende lange tijd afgespeeld rondom de Nederlands-hervormde kerk, midden in het dorp. In die kerk, gebouwd voor de hervormde eredienst in 1623, werd ook begraven. Adriaan Pauw, de ambachtsheer [1] die betrokken was bij de bouw van de kerk, werd hier na zijn dood bijgezet in een fraaie grafkelder. Het monument is vandaag de dag nog te vinden in de kerk. Rondom de kerk werd ook begraven, maar het kerkhof is nu geheel leeg.
Bij het betreden van het kerkhof achter de Laurentiuskerk wordt de aandacht onmiddellijk getrokken door een groot houten kruis, met daarvoor een grafkelder afgedekt met twee granieten zerken. Opvallend is dat de overlijdensdata 1888 en 2004 nogal uiteen lopen. Een oud graf? Reden genoeg op zoek te gaan naar de geschiedenis van deze grafkelder en van het kerkhof. Uit de notulen van de vergaderingen van het kerkbestuur blijkt dat op 31 januari 1940 voor het eerst gesproken wordt over het stichten van een nieuw kerkhof. Omdat het oude kerkhof in de toekomst geen ruimte meer bood voor het begraven, en ook omdat het niet kon worden uitgebreid, moest naar een andere plek worden uitgezien, zo dicht mogelijk bij de kerk.
In de Heemskerkse dorpskerk zijn door het behoud van oude grafzerken nog tastbare herinneringen bewaard gebleven aan een lange periode van begraven in die kerk. Herinneringen zijn er ook gebleven aan het voormalige kerkhof bij de Laurentiuskerk op de hoek van de Maerelaan en de Anthonie Verherentstraat. Het was tussen 1860 en 1990 een vertrouwde plek, vooral voor de rooms-katholieke Heemskerkers. Nu het er niet meer is, rijst de vraag of dit kerkhof nog van belang is voor ons onderzoek naar oude graven. Wie daarbij alleen oog zou hebben voor historische grafzerken kan een dergelijk onderzoek snel afsluiten. Wie echter de betekenis van dit kerkhof wil nagaan voor de geschiedenis van het begraven in Heemskerk, zal het zeker in zijn onderzoek moeten betrekken.
Toen op het Concilie van Paderborn, gehouden in 785, de verplichting tot het begraven van de doden werd ingesteld, ontstond de gewoonte ook in kerken te gaan begraven. Oorspronkelijk werden alleen bisschoppen, abten en kerkstichters in een kerk begraven. Spoedig eisten ook keizers en koningen dit privilege op. In de elfde eeuw was het begraven in de kerk al een algemeen gebruik geworden. Wie geld had, liet zich liefst zo dicht mogelijk bij het altaar begraven.
Midden in het dorp Heemskerk ligt half verscholen achter een muur en hoge beukenhaag een kerkhof. Zodra je het betreedt, zie je dat het een plek is waar eeuwenlang is begraven. Dat begraven gebeurde ook in de oude Nederlands-hervormde dorpskerk, waar het kerkhof omheen ligt. Stenen en zerken getuigen daarvan. We zijn op zoek gegaan naar die oude getuigen, zowel op het kerkhof als in de kerk zelf. In dit artikel zoeken we naar de graven op het kerkhof bij de kerk. In een volgende aflevering zullen we de grafzerken in de kerk zelf onderzoeken.