Skip to main content

Beroemde Graven


Geschreven: 15 december 2001
Aangepast: 26 januari 2019
Auteur: Leon Bok
Categorie: Sport

 * Groningen 19 oktober 1873 - † Haarlem 2 februari 1925

 

Nederlandse schaatser Jaap Eden op het ijs. Plaats onbekend, 1890-1900. Ingekleurde zwart/wit foto. (Nationaal Archief / Spaarnestad Photo)Wie kan zich een Hilbert van der Duimhal voorstellen, of een Rintje Ritsma trofee! Misschien dat ze er ooit komen, maar een groot voorganger van beiden kreeg die eer in ieder geval al wel. Dan gaat het over Jaap Eden weten kenners al. Eden, geboren in Groningen op 19 oktober 1873, werd in zijn leven maar liefst drie maal wereldkampioen schaatsen en twee keer wereldkampioen wielrennen. 

Jeugd van Eden

Hoewel Eden werd geboren in de stad Groningen groeide hij op in Santpoort. Zijn moeder overleed bij zijn geboorte en zijn vader, gymnastiekleraar, had geen tijd om alleen voor hem te zorgen. In Santpoort hadden de grootouders van Eden een hotel, Velserend. Eden kon in zijn jeugd veel tijd besteden aan sporten. Op z’n 15de werd Eden ontdekt door schaatser Klaas Pander, die met hem ging trainen. In december 1890 won hij zijn eerste schaatswedstrijd op de korte baan, over een afstand van 160 meter waarmee het begin van een grootste sportcarrière was gelegd. 

Schaatser of wielrenner

Op 13 januari 1892 werden in Amsterdam de eerste wereldkampioenschappen schaatsen gehouden, op de plek waar nu het Museumplein ligt. Jaap Eden werd daar de allereerste wereldkampioen in de schaatsgeschiedenis. Daar was het niet mee gedaan want een jaar later werd hij in een internationaal gezelschap wederom wereldkampioen. In 1895 leverde hij de unieke prestatie om in hetzelfde jaar zowel de wereldtitel bij het schaatsen als bij het wielrennen op te eisen.

In vier jaar tijd werd Eden zelfs drie keer wereldkampioen op de schaats en twee maal wereldkampioen wielrennen. Records sneuvelden aan de lopende band, wat destijds voor onmogelijk werd gehouden. 'De wereldrecords waren zo opzienbarend', schreef sportjournalist Adriani Engels, 'dat zijn tijd van 17 minuten en 56 seconden over de 10.000 meter betwijfeld werd…’. Deze tijden werden in die tijd nog boven de menselijke prestaties geacht. Daar zat wel wat in want zijn tijd van 8 minuten en 37,4 seconden op de 5.000 meter bleef maar liefst 19 jaar als wereldrecord gehandhaafd.

Zijn eerste wereldtitel schaatsen, die toen nog werd behaald door drie van de vier afstanden te winnen, glipte Eden overigens bijna door de vingers. Op zijn eerste 500 meter - de deelnemers reden die twee keer - maakte hij vlak voor het eind een misslag en verloor de rit. Eden won echter de tweede rit en daarmee de 500 meter. Omdat dat zijn derde gewonnen afstand was, had hij de wereldtitel behaald. Sportpionier en Edens vriend Pim Mullier schreef: 'Toen het aan de tribune bekend werd, steeg een applaus op, hetwelk al sterker wordende, over de gehele baan gonsde en de arbeiders buiten de omheining en zelfs de stijve klabakken en de jongens op de schutting, alles juichte onze Nederlandse kampioen toe’. De eerste echte grote Nederlandse sportheld was geboren, maar al in dat stadium voorzag Mullier dat Eden moest uitkijken: 'Hij leeft niet bedaard genoeg en heeft voortdurend een kolossale sigaar in bewerking.' Een scherpe constatering, want een paar jaar later had Eden al zijn krachten verbruikt en raakte hij in de vergetelheid. Daarna ging het steeds slechter met hem. Zodanig dat hij veel van zijn prijzen moest verkopen om het hoofd boven water te houden. 

Overlijden

In 1923 werd Eden opgenomen in een inrichting voor zenuwlijders. Hoewel hij daarna weer wat opkrabbelde ging het begin 1925 weer heel slecht met hem. Op 2 februari 1925 overleed Eden. De begrafenis vond plaats op 6 februari 1925 op de algemene begraafplaats aan de Kleverlaan in Haarlem. Bij het graf werd gesproken door verschillende oude sportvrienden en menig bloemstuk bedekte het graf. Zijn nabestaanden hadden wel problemen om het graf te bekostigen. Geld werd ingezameld en men verkocht wat nog resteerde van de door Eden behaalde bekers en medailles. Het leek alsof de waardering voor Nederlands eerste grote sportheld geheel verdwenen was.

Ruim een jaar na de begrafenis bleek het graf nog steeds onbedekt. De destijds beroemde sportjournalist Leo Lauer kwam hierop in actie. Hij liet op 4 juni 1926 een oproep plaatsen waarbij hij de Nederlandse sportwereld opriep geld te geven voor een gedenkteken. Lauers oproep om een comité te vormen bleek niet aan dovemansoren gericht. 

Jaap Eden Comité

Lauer had zich al eerder voor Eden ingezet, toen hij nog leefde. Ook toen wilde hij geld inzamelen om te voorkomen dat Eden zijn prijzenkast te gelde zou moeten maken. Het opgehaalde geld zou worden aangewend voor de opvoeding van zoon Jaap Jr. De actie mislukte en een groot deel van de prijzen verdween naar opkopers. De rest is na het overlijden van Eden verkocht, zoals we al zagen, om zijn graf te kunnen betalen.

Grafmonument van Jaap EdenDit keer slaagde Lauer echter in zijn opzet, getuige het forse natuurstenen grafmonument in een frisse witte kleur dat het graf nu nog dekt. Duidelijk herkenbaar is het reliëf op het monument: Eden, voorovergebogen over het stuur van zijn racefiets. Aan het stuur hangen de schaatsen en achteloos is een lauwerkrans over het monument gedrapeerd. Het grafmonument werd ontworpen door Aug. Falise en op 18 juni 1928 onthuld. Het was Lauer zelf die de bijeenkomst opende, waarna baron Schimmelpenninck van der Oye, de voorzitter van het NOC, de officiële onthulling verrichte.

Eerbetoon viel Eden ook later ten toon door de vernoeming van de Amsterdamse kunstijsbaan naar hem. De Jaap Edenbaan werd in 1961 geopend en bestaat nog steeds.

 

Internet

  • Onthulling gedenksteen op graf Jaap Eden op /Geschiedenis

 


Geschreven: 21 juli 2001
Aangepast: 24 december 2020
Auteur: Marten Mulder
Categorie: Religie

 

* Nijmegen 7 juli 1914 - † Groningen 26 augustus 1980

 

Meer dan als dominee zal men zich Jan Wit herinneren als dichter, wiens dichtwerk voor een deel is opgenomen in het Liedboek voor de Kerken. Wie de gezangen van zijn hand uit dat Liedboek zingt of leest, ontdekt welke centrale plaats de begrippen “licht” en “zien” hebben ingenomen in zijn liturgisch dichtwerk, zoals:

Het woord dat u ten leven riep
is niet te hoog, is niet te diep
voor mensen die ’t zo traag beamen.
Het is een teken in uw hand,
een licht dat in uw ogen brandt.
Het roept u dag aan dag bij name.

(gezang 7: 1)


Geschreven: 20 juli 2001
Aangepast: 13 mei 2018
Auteur: Marten Mulder
Categorie: Kunst & Cultuur

 

* Ureterp 23 november 1896 – † Groningen 13 december 1979

janderoosJan de Roos, of Jan Roos, was een bekende verschijning in de stad Groningen. Deze straatzanger kwam uit Ureterp, woonde korte tijd in Bedum (Stedum), in Loppersum en lange tijd in de stad Groningen, waar hij regelmatig zijn vaste stek in de Heerestraat innam.


De straat was zijn toneel en hij zong de fraaiste liederen van Verdi. Tenminste dat vond hijzelf. Jan de Roos was herkenbaar aan zijn slipjas vol medailles en zijn weidse gebaren, maar men kon hem van verre al horen aan zijn grommende geschreeuw en trillende uithalen.


Jan de Roos ligt begraven in Ureterp.

 

 


Geschreven: 19 juli 2001
Aangepast: 24 juli 2022
Auteur: René ten Dam
Categorie: Letteren

 

* Amsterdam 1 oktober 1872 - † Amsterdam 5 augustus 1932

 

Querido werd geboren in een Portugees-Joodse diamantwerkersfamilie. Aanvankelijk werd de jonge Israël particulier geschoold, maar vanaf zijn veertiende volgde hij een opleiding tot horlogemaker. Tijdens de opleiding liep hij een oogbeschadiging op, waarna hij in de leer ging in de diamantindustrie. Mede als gevolg van het oogdefect werd dit geen succes en hij begon een carrière in de journalistiek bij De Amsterdammer. In die tijd zette hij de eerste stappen in het schrijversvak, in eerste instantie als romanschrijver en dichter, maar in beiden was hij weinig succesvol, hoewel hij zijn hele leven lang romans bleef schrijven. Al snel bekwaamde Querido zich in de literaire kritiek, dat hijzelf als een aparte lyrische kunstvorm beschouwde. Mensen haatten hem, maar door anderen werd hij vereerd. Iedereen in de literaire wereld kende hem.