De Oude of Algemene Begraafplaats in Voorburg is een monumentale begraafplaats die van rijkswege beschermd is en waarvan alle waardevolle elementen behouden zijn. De gemeente Leidschendam-Voorburg heeft de begraafplaats een aantal jaren geleden in ere hersteld en het opnieuw mogelijk gemaakt om hier te begraven. De gemeente heeft zodoende ook het onderhoud van de begraafplaats weer op peil gebracht. Voorafgaand aan het plan heeft bureau 'De HistorieCie' uit Rotterdam een tuin- en cultuurhistorisch onderzoek uitgevoerd. Een speciale begeleidingscommissie, bestaande uit vertegenwoordigers van de wijkvereniging Oud-Voorburg, Vereniging De Terebinth, Historische Vereniging Voorburg en de Bond Heemschut, hebben zich gestort op het achterhalen van informatie over personen die er begraven liggen en daarbij alle mogelijke archieven geraadpleegd.
De Algemene Begraafplaats met het zo karakteristieke poortgebouw aan de Parkweg is het resultaat van de Begrafeniswet 1869 en drie deelplannen en werd in 1875 in gebruik genomen. De toenmalige gemeente Voorburg begroef haar doden tot dan toe rond de kerk in de Herenstraat (alhoewel de gemeente al langere tijd meer dan 1.000 inwoners telde). In 1873 werd een geschikt stuk grond gekocht waar voorheen groenten werden verbouwd. De gemeente Voorburg besloot een prijsvraag uit te schrijven voor een plan van aanleg. Uit de drie inzendingen werd dat van ‘kandidaat-gemeenteopzichter’ Michiel Antonie de Zwart gekozen (1853-1922). In 1874 werd de aanleg van de begraafplaats aanbesteed. Het poortgebouw is gebouwd naar een ontwerp van de civiele architect Jan Paul (1834-1883). De in 1894 gebouwde doodgraverswoning aan de Parkweg 107 is eveneens gebouwd naar een ontwerp van De Zwart. Het oorspronkelijke beplantingsplan met een afwisselende en romantische beplanting is gemaakt door een plaatselijke commissie.
Opvallend aan het inrichtingsplan is dat het een gecombineerde aanleg bevat van grafvakken in rechte rijen, gescheiden door een middenpad dat zowel vóór als achter een centraal deel met een half cirkelvormig geordend ensemble loopt. Het voorterrein met de monumentale rode beuk wordt door het poortgebouw gescheiden van de eigenlijke begraafplaats.
In 1905 maakte De Zwart een ontwerp voor een uitbreiding van de begraafplaats aan de achterzijde. Dit deel werd in 1907 in gebruik genomen. Het poortgebouw dat bestond uit een wachtkamer en berging met daaronder ruimte voor beenderen, werd in 1927 -tijdens een periode van ruiming- vergroot met twee, in dezelfde stijl opgetrokken zijvleugels. De pergola, daterend uit 1937, en de laanbeplanting met meelbessen en linden versterken de oorspronkelijke structuur. Zij dateren uit het midden van de jaren dertig en zijn mogelijk uitgevoerd als werkgelegenheidsproject. De grote bomen bepalen in combinatie met de karakteristieke heesters, schelpenpaden, hagen en het gras tussen de grafvakken in hoge mate de sfeer.
Daarnaast beschikt de Oude Begraafplaats over een fraaie collectie beeldbepalende grafmonumenten uit de periode tussen het einde van de negentiende eeuw en 1945. Veel grafmonumenten zijn 'op maat' ontworpen of samengesteld. Toch zijn er ondanks de coulante regelgeving geen extreem uitgevoerde grafmonumenten te vinden. Dit heeft geleid tot een zeer gevarieerd beeld met veel verschillende typen, waarbij het gebruik van hardsteen lijkt te overheersen. Maar bij een nauwkeuriger blik blijkt de diversiteit in steen en details veel groter dan op het eerste gezicht lijkt.
Op de begraafplaats liggen uiteraard een aantal prominente Voorburgers begraven. Enkele van de meest bekenden zijn: Aart van der Leeuw (dichter/schrijver) en de dominees Postma en Van Voorthuijsen. Ook bijzonder is dat hier een massagraf ligt voor de slachtoffers van het 'Bezuidenhoutbombardement' in maart 1945. Bij het graf liggen eenvoudige tekststenen voor de overledenen en centraal is een klein monument opgericht.
Een andere beroemde begravene, Anthony Winkler Prins (1817-1908) ligt inmiddels niet meer op deze begraafplaats begraven. Hij lag hier samen met zijn echtgenote Henriëtta begraven in een graf zonder grafsteen. Hoewel Winkler Prins afkomstig was uit Veendam werd hij destijds om praktische redenen in Voorburg begraven. Vanaf 2003 ijverde de directeur van het Veenkoloniaal Museum in Veendam voor herbegrafenis van het echtpaar Winkler Prins in Veendam. Het college van Burgemeester en Wethouders van Veendam noemde de verbondenheid van Winkler Prins met Veendam een goede reden om tot herbegrafenis over te gaan. Begin 2005 gaf de gemeente Leidschendam-Voorburg hiervoor toestemming. De stoffelijke resten van het echtpaar zijn op 9 september 2005 in Veendam herbegraven. Op het graf is een steen geplaatst met de tekst 'Teruggekeerd in Veendam op september 2005'. In Voorburg werd in herinnering aan het verblijf van Winkler Prins op 13 september 2008 een gedenkteken onthuld vlakbij het huis waar hij gewoond heeft, op de Laan van Nieuw Oosteinde 17.
Verval
Rond 1930 raakte de begraafplaats vol en werd besloten een nieuwe begraafplaats aan te leggen aan de Rodelaan. Die nieuwe begraafplaats werd in 1938 in gebruik genomen, maar in 1943 weer gesloten wegens de bouw van een tankgracht. Toen na de oorlog de nieuwe begraafplaats weer gebruikt kon worden, raakte de Oude Begraafplaats in de vergetelheid en dreigde te vervallen. Hoewel de gemeente Voorburg al eerder plannen had voor herstel van de begraafplaats konden die de toets der kritiek niet doorstaan. Ook de fusie tussen de gemeente Voorburg en Leidschendam in 2002 gooide roet in het eten. Uiteindelijk werd een plan opgesteld waarbij een klankbordgroep werd betrokken met vertegenwoordigers van verschillende lokale organisaties. Ook de monumenten- en welstandcommissie van de gemeente werd bij het plan betrokken. In het plan van aanpak werd voldoende aandacht geschonken aan het groen op de begraafplaats en de vele bijzondere grafmonumenten.
Renovatie
Het plan van de gemeente heeft er toe geleid dat in januari 2009 een aannemer kon beginnen met de eerste werkzaamheden. Dat betrof allereerst het ruimen van algemene graven om ruimte te maken voor nieuwe graven. De stoffelijke resten die bij het ruimen vrijkwamen, werden herbegraven in een verzamelgraf. Vooraf waren alle bijzondere en monumentale grafmonumenten al gemarkeerd en op kaart gezet. De overige werkzaamheden bestonden uit het opknappen van de paden, het schoonmaken en herstellen van grafmonumenten en het plegen van groot onderhoud aan de beplanting. De werkzaamheden aan de begraafplaats werden in juli 2009 afgerond. Daarbij werd ook het poortgebouw gerestaureerd en zodanig ingericht dat er meer gebruik van gemaakt kan worden.
Inmiddels is het weer mogelijk om op deze begraafplaats te begraven. Voor het plaatsen van nieuwe grafmonumenten zijn specifiek voor deze begraafplaats nadere regels opgesteld. Daarin wordt met name ten aanzien van de uitvoering een iets meer terughoudende kleurstelling vereist en een ingetogen karakter en vormgeving. Het is aan de beheerder om een en ander te beoordelen aan de hand van een aanvraag. Op die wijze probeert de gemeente het karakter van de begraafplaats enigszins in stand te houden.
Literatuur
- Een begraafplaats voor Voorburg; Ineke Verbeek, in: Historisch Voorburg, Jaargang 6, Nummer 1, 2000; blz. 18-23
In januari 2009 begint de aannemer met de eerste werkzaamheden op de Oude Begraafplaats, het ruimen van graven. Om welke graven het precies gaat, kunt u lezen in het volgende overzicht. De locatie van deze graven is aangegeven op deze kaart. De stoffelijke resten die bij het ruimen vrijkomen worden herbegraven in een verzamelgraf.
De overige werkzaamheden bestaan uit het opknappen van de paden, het schoonmaken en herstellen van graftekens en het plegen van groot onderhoud aan de beplanting. De werkzaamheden aan de begraafplaats zijn in juli 2009 afgerond.
Na afloop van de werkzaamheden is het weer mogelijk op deze begraafplaats te worden begraven.