Naast de katholieke begraafplaatsen in Soest bezit ook Soesterberg een katholieke begraafplaats. Deze begraafplaats ligt een aantal honderden meters achter de Rooms Katholieke kerk die aan de Rademakersstraat staat. Langs de kerk en pastorietuin loopt de Kerklaan waaraan ook de begraafplaats ligt. De begraafplaats werd in 1838 aangelegd nadat de familie Bosch van Drakestein het stuk grond had aangeboden aan de parochie. De grond maakte deel uit van de buitenplaats De Sterrenberg dat gelegen was tussen Soesterberg en Zeist.
P.J. Bosch van Drakestein (1825-1894). Hij was van 1856 tot zijn dood Commissaris des Konings in de provincie Noord-Brabant. Zijn grafmonument dat gemaakt werd naar een ontwerp van de architect J. Dony, staat zeer prominent op een hoek van de familiebegraafplaats.
De familie Bosch van Drakestein reserveerde op de begraafplaats een tweetal grafvelden waar in de loop der jaren veel overleden familieleden begraven werden. Het oudste graf van de familie is van J.H.F. Bosch van Drakestein ( - 1851). Ook ligt hier het grafmonument voor
De begraafplaats kent een relatief eenvoudige aanleg met een centraal smeedijzeren toegangshek en een smal middenpad dat naar een fraai kruisbeeld leidt. Het gepolychromeerde beeld van Christus hangt aan een houten kruis dat op een bakstenen basement geplaatst is. De begraafplaats is verdeeld in verschillende grafvakken en wordt aan zuid- en westzijde omgeven door een bosrijke omgeving. Op de begraafplaats zelf staan veel forse coniferen en heesters.
De begraafplaats is vermoedelijk in de loop der tijd behoorlijk veranderd, net als de omgeving. Aan de noordzijde staan de woonhuizen nu dicht op de begraafplaats, maar dat neemt niet weg dat het terrein nog steeds een zekere charme heeft. Bij de ingang voor voetgangers staat een klein, opvallend lang, bakstenen baarhuisje. Aan de voorzijde heeft het huisje veel weg van een kapelletje. Dit komt door de gotische boogvorm boven de deur, de uitgewerkte hoeken en het kleine kruis op de nok. Het vijf traveeën lange huisje onder zadeldak is, op de geprofileerde tandlijst na, verder vrij sober uitgevoerd.
Er bevinden zich drie graven op de begraafplaats van oorlogsslachtoffers, allen omgekomen in 1945. Twee van hen in Duitsland als gedwongen arbeider en de derde werd op 20 maart 1945 samen met tien andere gevangenen bij Loosdrecht gefusilleerd. Bram van Angeren was door de Duitsers opgepakt nadat bij een inval wapens en munitie waren aangetroffen. Hij werd als onderdeel van de represaille voor de aanslag op Rauter gedood. In totaal brachten de Duitsers 400 mannen om als vergelding.
Aan het eind van de twintigste eeuw is de begraafplaats aan de noordzijde met enkele tientallen graven uitgebreid. Ook is hier een eenvoudige bakstenen urnenmuur gebouwd met een ruime hof ervoor.
Bijzondere herinnering
Op de begraafplaats is ook nog een herinnering aan de Eerste Wereldoorlog te vinden. Het betreft een massagraf van Franse burgervluchtelingen. Deze Fransen, afkomstig uit de door de Duitsers bezette gebieden, waren op de vlucht geslagen voor de oprukkende geallieerde legers. Ze werden opgevangen in Rotterdam en Limburg. Omdat het interneringskamp in Zeist niet meer werd gebruikt kon dit dienst doen als opvang voor de Franse vluchtelingen. Tussen 25 oktober 1918 en half januari 1919 verbleven hier duizenden vluchtelingen. Na hun vertrek kon de trieste balans worden opgemaakt. Op elke duizend bleken gemiddeld 75 Fransen te zijn gestorven in het kamp, tegenover het landelijke gemiddelde van 46 per duizend per jaar. Onder de gestorvenen bevonden zich veel kinderen die overleden waren aan besmettelijke ziekten als mazelen en difterie. Ook een groot aantal ouderen was gestorven doordat ze verzwakt waren geraakt tijdens hun reis vanuit Noord-Frankrijk naar Nederland.
In een hoek, rechts van de ingang, is een breed monument geplaatst met daarvoor een veld grind. Het sober bewerkte monument is van hardsteen en bestaat uit een hoge opstand in het midden met daarin een kruis verwerkt. Ter weerszijden strekken zich lagere, rechthoekige tekstplaten uit die aan het eind door penanten worden afgesloten. In de dwarsarm van het kruis zijn de woorden IN MEMORIAM te lezen terwijl aan de voet van het kruis de volgende tekst is opgenomen:
AUX
REFUGIES FRANCAIS
MORTS AUX PAYS-BAS
1914-1918
De twee tekstplaten aan weerszijden bevatten de namen van 98 Fransen. Het monument is gemaakt door A. le Jeune, steenhouwer in Maastricht.
Met dank aan dhr. G.R. Klifman, voormalig beheerder van de Algemene Begraafplaats te Soest en het Gemeentearchief van de gemeente Soest.
Literatuur
- Roodt, Evelyn de; Oorlogsgasten, vluchtelingen en krijgsgevangenen in Nederland tijdens de Eerste Wereldoorlog, Zaltbommel 2000, blz 352.
- Redengevende omschrijvingen van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg te Zeist.
- "In oude graven tref je geen narigheid aan", artikel in de Amersfoortse Courant van 21 maart 1997.