Noord-Holland
Zunderdorp is vandaag de dag een van de landelijk gelegen dorpen in Amsterdam-Noord. Ooit behoorde het dorp tot een van de zes hoofddorpen van Waterland, samen met Ransdorp, Broek in Waterland, Landsmeer, Schellingwoude en Zuiderwoude. Het ontstaan van Zunderdorp gaat vermoedelijk terug tot het begin van de twaalfde eeuw. Rond 1400 was Zunderdorp een zelfstandige parochie met een kerk waar ook begraven werd.
Het dorp Nieuwendam is een voortzetting van een oudere nederzetting die verzwolgen werd door het IJ. Bij de aanleg van een nieuwe dijk of dam, na de zoveelste dijkdoorbraak, werd de bewoning geconcentreerd langs die dam. Het oude gehucht onder de naam Zosenerdam stond bekend als de plek waar men vanaf Zunderdorp het veer kon nemen naar Amsterdam. Of Zosenerdam ook al een kerkhof kende, is niet bekend.
Het Amsterdamse dorp Buiksloot is al eeuwenoud. Het dorp ontstond langs een noord-zuid as en de bewoners waren vooral gericht op veeteelt op het ontgonnen veen. Rond 1200 veranderde het IJ, toen nog een veenrivier, in een zeearm. Stormen deden steeds meer grond wegslaan en het boeren op het veen zorgde ervoor dat het land zakte. Toen het dorp voor het eerst genoemd werd in 1275 was het feitelijk nog een ontginningsdorp, maar in de eeuwen daarna trok de bebouwing zich samen op de dijk die rond 1300 langs het IJ was aangelegd. De eerste kerk van Buiksloot is mogelijk ouder, getuige de ligging op een ophoging op enige afstand van de dijk. In 1520 werd de kapel van Buiksloot verheven tot parochiekerk. Waarschijnlijk werd al vanaf het prille begin bij de kapel begraven, want in de verre omgeving was er geen andere begraafplaats beschikbaar.
Eind zestiende eeuw trokken Sefardische Joden vanuit Portugal naar de Noordelijke Nederlanden, op de vlucht voor geloofsvervolging door de katholieke kerk. In Portugal werden de Joden gedwongen zich tot het katholicisme te bekeren, terwijl er in de Noordelijke Nederlanden persoonlijke godsdienstvrijheid was. Het was andersgelovigen echter niet toegestaan om hun geloof in het openbaar te belijden of een begraafplaats aan te leggen.
Het dorp Sint Maartensbrug ligt in een rustige polder die vandaag de dag weinig meer van de eeuwenoude dynamiek ter plekke verraad. Eeuwenlang bood een duinenrij bescherming voor het erachter liggende hoogveen waar bewoning en landbouw mogelijk waren. Dat veranderde tussen de twaalfde en veertiende eeuw, toen door stormvloeden de relatief kleine openingen in de duinenrij sterk werden verbreed. Tussen Petten en Callantsoog ontstond een zeegat dat bekend kwam te staan als de Zijpe. Grote delen land kwamen onder water te staan en veroorzaakten schade aan de dijken die onder meer Alkmaar beschermden. In de zestiende eeuw werden maatregelen genomen, maar de eerste pogingen tot bedijking van de Zijpe mislukten.
De huidige gemeentelijke begraafplaats van Schagen is niet de eerste. Die lag op het oude kasteelterrein en werd zo’n veertig jaar gebruikt in het midden van de negentiende eeuw. Nieuwe inzichten in de manier van begraven en de Begrafeniswet van 1869 dwongen de gemeente Schagen tot de aanleg van een nieuwe begraafplaats. Die werd aangelegd aan de andere kant van de in 1865 gereedgekomen spoorlijn van Alkmaar naar Den Helder.
Het is misschien wel het mooiste beeldhouwwerk op de gemeentelijke begraafplaats aan de Herfstlaan in Heemstede. Wat is het verhaal achter het bijna levensechte beeld van jonkvrouw Jeanne van Lennep?
Op De Nieuwe Oosterbegraafplaats in Amsterdam staan talloze grote en bijzondere grafmonumenten. Sommige vallen pas op als je er dichtbij staat, andere maken al van verre indruk. Onder die laatste categorie valt het bijzondere grafmonument voor freule Stapert, zoals het op de begraafplaats wordt genoemd. Het monument valt op vanwege de enorme marmeren engel die het graf siert.
Sinds 2015 kent de gemeente Alkmaar negentien begraafplaatsen. De stad zelf telt er slechts drie, waarvan de joodse begraafplaats het oudst is. Het aantal begraafplaatsen is met name toegenomen door de gemeentelijke herindeling waardoor in 2015 de gemeenten Graft-De Rijp (zes begraafplaatsen) en Schermer (zeven begraafplaatsen) aan Alkmaar werden toegevoegd. De grootste begraafplaats en ook de meest stedelijke is de gemeentelijke begraafplaats aan de Westerweg.
Een monument van de wederopbouwperiode wordt de Zuiderhof genoemd. De jongste begraafplaats van Hilversum werd tussen 1958 en 1964 aangelegd naar ontwerp van de architect Willem Marinus Dudok (1884-1974). Niet alles werd door Dudok ontworpen, want bij het groenontwerp kreeg hij mogelijk hulp van de plantsoenmeester van de gemeente. Het was een van Dudoks laatste ontwerpen uit een groot oeuvre. Het karakter van de begraafplaats verschilt in grote mate van de eerdere gemeentelijke begraafplaatsen die in Hilversum werden aangelegd.