In 1878 werd in Baarlo een nieuwe kerk naar een ontwerp van Pierre Cuypers gewijd. Die kerk was gebouwd op de fundamenten van de voorganger, die te klein was geworden voor de groeiende katholieke geloofsgemeenschap van Baarlo. De nieuwe kerk was daarom groter dan de oude kerk en werd deels over de grafkelders in de kerk en de graven op het kerkhof heen gebouwd.
[1] Andere vooraanstaande families reserveerden een plek op het kerkhof. Jozef Hustinx had eerder een aanvraag ingediend voor een grafkapel met kelder aan de noordzijde van de toren, maar kreeg daarvoor geen toestemming.
De drie freules Josephine, Clara en Therese van Erp deden in 1890 een verzoek aan het parochiebestuur om voor henzelf en hun ‘naastbestaanden’ een bijzondere begraafplaats te verkrijgen in de kelder, gelegen onder het (oude) kerkhof. De familie Van Erp tot Holt en Baerle was in 1787 in bezit gekomen van het Huis en de Heerlijkheid Baarlo. Leden van de familie zouden het kasteel in Baarlo bewonen tot 1906. Toen er nog begraven mocht worden in de kerk had de familie een tweetal grafkelders in de kerk in gebruik. De grafkelder op het koor was voor de familie zelf en die voor het Onze Lieve Vrouwe altaar voor de bedienden.Dat de freules toestemming vroegen, weten we uit een schrijven van het kerkbestuur aan het bisdom Roermond, waarmee het kerkbestuur toestemming vraagt om het gebruik van de grafkelder voor de leden van de familie Van Erp toe te staan. De kelder werd eerder aangelegd en was in het bezit van de kerk. Onduidelijk is met welk doel de kelder door het kerkbestuur was aangelegd. Ook het verkrijgen van de toegang tot de kelder maakte deel uit van het verzoek van de drie freules aan het kerkbestuur. Dat lezen we in een brief van 31 augustus 1890: “Dat de toegangsweg tot dien kelder ten allen tijden voor de rechthebbenden geopend zal blijven”. Bij schrijven van 21 oktober 1890 machtigde Mgr. Boermans, de bisschop van Roermond, het kerkbestuur om de kelder aan de freules en hun naastbestaanden in bruikleen te geven. Op 25 januari 1891 verstrekte het kerkbestuur een gezegelde kwitantie aan de drie freules voor de ontvangst van een som gelds als aankoopprijs voor de kelder. Daarmee lijkt het gebruiksrecht van de kelder en de toegang daartoe een feit.
De familie Van Erp betaalde een bedrag van 1000,- gulden aan de parochie voor het gebruiksrecht van de grafkelder. En een gift van 350,- gulden voor de toren. Van de 1000,- gulden voor het gebruiksrecht werd 480,- gulden “afgenomen” om de helft van een gebrandschilderd raam boven de banken van de familie Van Erp te betalen.
Dat de grafkelder en het onderhoud daarvan de familie Van Erp na aan het hart lag, blijkt uit een brief van 1907 van Marie, douairière d’Erp, née de l’Escaille, wonende in Hamont (België) aan de rentmeester van de familie in Baarlo, Mathieu Janssen. Zij vraagt hem daarin de kelder tweemaal per jaar te laten schoonmaken.
In de grafkelder onder de St. Petruskerk in Baarlo bevinden zich acht nissen. In zeven van deze nissen zijn leden van de familie van Erp begraven. Drie dochters (de eerder genoemde freules) van Hendrik Willem Antonie van Erp (1759-1820), een kleinzoon, een achterkleinzoon, een achterkleindochter en een achter-achter-kleinzoon.
De achtste nis is leeg. De zeven begraven leden van de familie zijn:
Na het overlijden van de laatste van de drie freules gingen de verschillende eigendommen en rechten van de familie Van Erp in Baarlo, via Maximilien baron d’ Erp de Holt et Baerle wonende te Vezac (Dordogne, Frankrijk) over op zijn kinderen en in 1949 werd zijn dochter Marie Madeleine d’Erp de Holt et Baerle de uiteindelijke rechthebbende van de grafkelder.
Bij testament regelde zij in 1961 een aantal zaken met betrekking tot de eigendommen in Baarlo. Marie Madeleine overleed in 1974, waarna de afwikkeling van het testament geschiedde door haar testamentair executeur (legataire universel), Eugène Behets Wydemans.
In haar testament vermaakte zij onder meer een bedrag (600,- gulden) voor het onderhoud aan de grafkelder. Dit onderhoud zal later bij de oprichting van de Stichting Baronesse d’Erp aan deze stichting worden opgedragen en in de eerste statuten als een van de doelen/taken worden vastgelegd: “De Stichting heeft ten doel steun en bijstand te verlenen aan de bejaarden van het dorp Baarlo en de verzorging van de grafkelder van de familie Baron d’Erp de Baerlo et Holt te Baarlo”.
De Stichting Baronesse d’Erp neemt deze onderhoudsverplichting zeer serieus, zoals ook mag blijken uit terugkerend onderhoud aan de grafkelder.
De kerk
Op 18 november 1944 bliezen Duitse troepen de Cuyperskerk op toen de geallieerden naderden. Er was nauwelijks tijd tussen de aankondiging en de daadwerkelijke ontploffingen om de kerkschatten in veiligheid te brengen. De vernieling was zo groot, dat herbouw van de kerk niet meer mogelijk werd geacht. De grafkelder, lager gelegen en aan de achterzijde van de kerk, bleef gespaard. Het puin van de kerk werd in de daaropvolgende jaren geruimd zonder veel aandacht voor het aanwezig erfgoed.
In 1950 werd de nieuwe begraafplaats aan de Kasteellaan (een gift van Marie Madeleine aan de parochie) in gebruik genomen. Een aantal nabestaanden stelden het op prijs dat hun overleden familieleden werden overgebracht van het oude kerkhof. Dat gebeurde dan ook: de resten werden ’s nachts van het oude kerkhof naar de nieuwe begraafplaats vervoerd en daar herbegraven. De bouw van de nieuwe kerk kwam in 1953 gereed. Tegenwoordig zijn nog een aantal grafmonumenten naast de kerk te vinden. Enkele historische kruisen staan tegen de kerkmuur opgesteld.
Noot
[1] ‘Dagboek van Jos. Habets’: Onder meer de vermelding, dat de Baron van Erp twee grafkelders in de kerk had, een op het koor voor de familie en een voor de L.V. altaar voor "zijne bedienden".
Literatuur
- ‘Dagboek van Jos. Habets’ in: Maasgouw Jaargang 99 (1980)
- Wijnhoven, Jan van en Ton van Daelen, Funerair erfgoed in Baarlo, Baarlo 2023
- Daelen, Ton van, Onderzoek naar de historie van de grafkelder van de familie van Erp tot Holte en Baerlo, Baarlo 2023
- Daelen, Ton van, Baarlo en de familie van Erp tot Holt en Baerle 1787-1962, Baarlo 2020