* Voorburg 12 augustus 1848 – † Baden (Zwitserland) 14 oktober 1923
Marcellus Emants was een vertegenwoordiger van het pessimisme. Hij zag het leven als een opeenstapeling van teleurstellingen. Volgens hem was dit een kwestie van verstand en niet van gevoel. Het is te begrijpen dat hij wenste onder het volgende grafschrift te liggen:
Beklaag nooit de verloste uit de krankzinnigheid die leven heet
Zijn weduwe gaf gevolg aan deze wens. Of dit werkelijk zijn wens was, bleef omstreden. Reden waarom zijn dochter Eva in oktober 1957, na het overlijden van de weduwe, het epitaaf liet verwijderen. Nu staat op de steen zijn naam, geboorte- en overlijdensdatum. Na het overlijden van Eva werd dit aangevuld met haar naam met geboorte- en overlijdensdatum. Onderaan de steen staat nog:
Rust in vrede
Emants stamde uit een vermogende, Haagse juristenfamilie. Zijn vader was rechter en drong er sterk op aan dat Marcellus in zijn voetsporen zou treden. Vanaf 29 september 1868 studeerde hij met tegenzin rechten in Leiden. Zijn studieresultaten waren goed maar zijn hart lag bij de kunsten. Hij was verknocht aan muziek, tekenkunst, toneel en literatuur. In die tijd verschenen zijn eerste pennenvruchten, essays en poëzie. Zijn militaire dienstplicht werd in 1866 afgekocht voor een bedrag van f 600-. Door het overlijden van zijn vader in 1871 werd hij financieel onafhankelijk. Hierdoor gaf hij vlak voor zijn doctoraal zijn studie op om zich geheel aan de letteren te wijden wat resulteerde in de publicatie van het opzienbarende essay Bergkristal uit 1872. Ook kon hij zich nu toegeven aan zijn reislust. Gedurende zijn leven bereisde hij heel Europa, Noord-Afrika, het Midden-Oosten, Indië, China, Japan en Amerika. Van een aantal reizen deed hij verslag o.a. in Op reis in Zweden (1877) en Langs den Nijl (1884).
Emants schreef in een sobere stijl. Hij was een vernieuwer door zijn woordgebruik, een grootse visie en de vorm waarin hij zijn verhalen neerschreef. In Lilith, dat hij in 1879 schreef, komt hij tot de conclusie dat wellust de belangrijkste drijfveer van het menselijk handelen is. Het was zijn overtuiging dat het leven zinloos is. Je kent het doel van het leven niet, nee, je weet niet eens of er wel een doel is. In zijn werk komt dan ook herhaaldelijk tot uiting dat het leed al het andere in het leven overtreft. Vooral de romans Een nagelaten bekentenis (1894) en Liefdeleven (1916) geven blijk van deze visie. De beginzin van Een nagelaten bekentenis is veelzeggend: 'Mijn vrouw is dood en al begraven'. De roman Liefdeleven was geïnspireerd op zijn weinig gelukkige derde huwelijk met Jenny Kühn. De in 1899 verschenen roman Op zee heeft veel autobiografische trekjes Veelal verhaalde hij over het leven in Haagse kringen, gedenigreerd met willoze vrouwen en slappe mannen. Zijn hele oeuvre bestaat uit ruim 30 werken waarnaast hij ook nog 25 toneelstukken schreef.
In 1873 trouwde hij met Christine Prins die al op 11 januari 1875 overleed. Op 10 juni 1880 hertrouwde hij met Eva Verniers van der Loeff die helaas in 1900 stierf. Beiden werden begraven op Nieuw Eik en Duinen in Den Haag. Het op 5 juli 1904 in Berlijn gesloten huwelijk met de actrice Jenny Kühn (1877-1953) bleek een vergissing. Ze was een lastige, veeleisende vrouw. Uit dit huwelijk werd op 14 juli 1909 Emants enige kind, dochter Eva, geboren. Helaas was ze een teer en ziekelijk meisje dat door hem enorm werd verwend. Toch werd zij 75 jaar en is daarmee een jaar ouder dan haar vader geworden.
In de jaren van de Eerste Wereldoorlog voelde hij zich in Nederland onbehagelijk. Na de oorlog, op 2 maart 1920, verliet hij Den Haag definitief. In Zwitserland verbleef hij in hotels, sanatoria en kuuroorden. Naarmate Emants ouder werd, nam zijn somberheid toe en ging zijn gezondheid achteruit. Zijn vrouw kon niet voor hem zorgen. Ze leed aan een neurotische ziekte en verbleef geregeld in een kliniek. In haar gevoelens was hij de oorzaak van haar ziekte.
Emants werd getroffen door een ernstige vorm van netelroos waarna een paar beroertes het eind van zijn leven aankondigden. In Emants laatste brief van augustus 1923 schreef hij aan een vriend dat hij zelfmoord overwoog. Dat zijn vrouw dan haar lijfrente zou mislopen weerhield hem daarvan. Ik snak naar het einde, schreef hij. Uiteindelijk stierf hij 14 oktober 1923 in het Grand Hotel van Baden.
De begrafenis vond onder grote belangstelling plaats op zaterdag 20 oktober 1923 om 14 uur op de Gemeentelijke Begraafplaats Den Haag, graf A3/R5/7. Het dankwoord werd gesproken door de begrafenisondernemer. Het is een keldergraf met een eenvoudige afdekplaat waarop de in de aanhef genoemde gegevens. Zijn op 8 augustus 1985 overleden dochter Eva werd op 12 augustus 1985 in dit graf bijgezet.
Wat de grafsteen niet vermeldt zijn de namen van familieleden die al voor de bijzetting van Emants hier te ruste werden gelegd. Op 13 juli 1864 en 9 september 1893 werd een kistje met stoffelijke resten bijgeplaatst. Het begraafregister geeft geen uitsluitsel van wie de stoffelijke resten zijn. In een brief van 13 september 1943 schrijft Emants' derde echtgenote Jenny Emants-Kühn “Wij hebben hem te ruste gelegd bij zijn ouders op de Algemene begraafplaats in Den Haag”. Het zou dus mogelijk zijn dat één van de kistjes de overblijfselen bevat van Marcellus’ op 5 maart 1871 overleden vader Guilliam Balthasar. Emants’ aan tbc overleden broer Gerardus Henri (1857-1893) werd op 9 september 1893 in de grafkelder geplaatst gevolgd door hun moeder Anna E. P. Verweij Mejon op 26 februari 1908. In eerdergenoemde brief van 13 september 1953 schreef Emants’ weduwe dat de laatste woorden in Emants’ testament waren: “Ik wil rusten in één graf met mijn tegenwoordige vrouw”. Bijgevolg werden haar stoffelijke resten eveneens in de grafkelder ondergebracht en wel op 9 juli 1956. (2010)
Literatuur
- Pierre H. Dubois: Marcellus Emants, een schrijversleven (1964)
- Drs C. Gerritsma: Schrijvers van vroeger (1995)
- Nop Maas: F. Boerwinkel en Jenny Emants-Kühn (De weduwe Ida. Uitgave van het Letterkundig Museum jaargang 11 nummer 2 september 2002)
- Rita Hulsman: Het grote kerkhof bij de bosjes. Kroniek van de gemeentelijke begraafplaats Kerkhoflaan in Den Haag (2008)
Grafcoördinaten
-
N 52.05.744 E 4.18.242