In de uiterwaarden van de afgedamde Maas bij het Gelderse Alem ligt aan De Steeg tussen struiken en bomen een grafheuvel verscholen. Geen prehistorische grafheuvel, maar één die is aangelegd in de negentiende eeuw voor de familie van Cornelis Schiffer, de oprichter van Steenfabriek Rossum. Lokaal staat de heuvel bekend als ‘Den Berg’.
De familie Schiffer
In de jaren zestig van de achttiende eeuw kwam de armlastige Duitser Wouter Schiffer naar Nederland, op zoek naar werk. Hij kwam terecht in het Brabantse Engelen, trouwde daar de oudste dochter van de schoolmeester en wist al snel te klimmen op de maatschappelijke ladder. Zo werd hij in 1774 en 1780 genoemd als gemachtigde van de Heer van Empel bij de verpachting en verkoop van grond. In 1777 en 1781 stond Wouter Schiffer zelfs vermeld als burgemeester van de heerlijkheid Empel en Meerwijk. In 1792 kocht hij voor 2020 gulden “eene aanzienlijke huijzinge” aan de Maasdijk in Alem. Het zal in die tijd het grootste huis in Alem zijn geweest met een aantal grote vertrekken en een verdieping en met een flink stuk grond.
Het echtpaar Schiffer had een vruchtbaar huwelijk en in 1793 werd Cornelis geboren. Hij groeide voorspoedig op en in 1836 zette hij op Alems grondgebied in Rossum een steenbakkerij op, genaamd Steenbakkerij Rossum. Doordat de arbeiders op het fabrieksterrein woonden, groeide het inwonersaantal van Alem al snel boven de honderd. Cornelis nam opvallend genoeg alleen protestantse werklieden in dienst die hij liet overkomen uit de Bommeler- en Tielerwaard. Omdat Cornelis Schiffer meer belangstelling had voor waterstaatszaken, zoals het verbeteren van waterkeringen langs de rivieren, maakte hij zijn jongere neef Wouter Willem Jansen in 1849 medefirmant. In datzelfde jaar werd Schiffer gekozen als lid van de Tweede Kamer. In juli 1853 droeg Schiffer de zaak helemaal aan Jansen over. Dat de zaken Schiffer geen windeieren hebben gelegd, blijkt uit de aankoop in 1855 van een buitenplaats in Wassenaar. Schiffer liet zich in Wassenaar inschrijven als Cornelis Schiffer van Bleyswijk en vernoemde het buitenverblijf na een verbouwing naar zijn echtgenote, Suzanna de Wildt: De Wiltenburg. Dit werd later De Wittenburg. Zijn neef Wouter Willem Jansen woonde aanvankelijk met zijn Belgische vrouw op het terrein van de steenfabriek, zoals ook de arbeiders deden. Rond 1870 liet Jansen het landhuis in Alem onderhanden nemen en in 1873 betrok hij met zijn gezin het huis. In 1870 had Jansen al toestemming gekregen om in de tuin van het landgoed een familiebegraafplaats aan te leggen. Toen Cornelis Schiffer in 1873 in Wassenaar overleed, liet Jansen hem begraven op het landgoed in Alem. Wouter Jansen overleed zelf onverwachts op 63-jarige leeftijd terwijl hij op bezoek was bij de weduwe Schiffer.De begraafplaats
De begraafplaats bevindt zich op een heuvel die de vorm heeft van een plateau met aan drie zijden gemetselde (keer)muren waardoor het plateau van buitenaf gezien het uiterlijk heeft van een bastion. Het plateau is door middel van een trap te bereiken. Naast het plateau ligt een verhoging in de vorm van een terp, die waarschijnlijk ooit is aangelegd om een uitkijktoren te bouwen. Vanwege geldgebrek is daar niets van terecht gekomen. In 1911 werd het landhuis zelf afgebroken.
De begraafplaats telt zes graven met hardstenen zerken, in twee rijen van drie. De zerken liggen op een lage bakstenen roef. Op de bovenste rij liggen de zerken voor (v.l.n.r.) Pauline Josephine Adelaide Jansen-Verlinden (*30-8-1825 Antwerpen - † 6-6-1915 Nijmegen); Wouter Willem Boudewijn Jansen (*18-7-1820 ’s-Hertogenbosch - † 16-11-1882 ’s-Gravenhage); Jacoba Carolina Jansen (*29-11-1808 ’s-Hertogenbosch - † 30-10-1887 Alem). Op de onderste rij liggen begraven (v.l.n.r.) Pauline Geertruida Maria Jansen (*9-2-1858 Alem - † 2-8-1936 Apeldoorn); Cornelis Schiffer van Bleiswijk (*23-2-1793 Engelen - † 14-10-1873 Wassenaar); Geertruida Schiffer (*30-7-1780 Engelen - † 29-6-1870 Alem).Situatie 2018
De kleine particuliere begraafplaats in Alem past in een gebruik dat in de negentiende eeuw ontstond bij rijke landgoedeigenaren. Het begraven in kerken was niet meer mogelijk en niet alle begraafplaatsen boden de ruimte om een plek in te richten naar eigen voorkeur. Een begraafplaats op eigen terrein was dan voor veel welgestelden met een eigen landgoed een goed alternatief. Veel families zijn intussen uitgestorven of van het landgoed zelf is soms weinig meer over. Dat betekent vaak dat het voortbestaan van dergelijke particuliere begraafplaatsen onder druk staat.
Na de dood van Pauline Jansen in 1916 werd de begraafplaats overgedragen aan de hervormde gemeente van Lith. Echter nadat Alem door de Maascorrectie gescheiden werd van Lith en in de provincie Gelderland kwam te liggen, werd de begraafplaats steeds meer verwaarloosd. In de jaren negentig herstelde de gemeente Maasdriel, waar Alem sinds 1958 onder valt, de borstwering en het plateau. Ook de grafzerken werden opgeknapt, mede doordat de zerk van Cornelis Schiffer was gebroken door grafschennis. Het verhaal ging namelijk dat Schiffer was begraven met allerlei kostbaarheden. Bij de begrafenis van Schiffer was zijn kist zo zwaar dat extra dragers nodig waren. In werkelijkheid werd dit veroorzaakt door de loden binnenkist of bodem.
Anno 2018 verkeert de keermuur rondom de begraafplaats op een aantal plekken in matige tot slechte staat. Op diverse plekken zijn door werking van de grond scheuren ontstaan. Mede door weersinvloeden is op andere plekken het voegwerk aangetast of zelfs verdwenen. Twee van de zes zerken vormen geen geheel meer. De zerk voor Jacoba Carolina Jansen vertoont een enkele breuk. De zerk voor Pauline Jansen-Verlinden is er echter slechter aan toe en bestaat uit vier losse delen met sporen van (provisorisch?) herstel.
De bevindingen komen overeen met een waardering en restauratieadvies uit 2010, waar weinig gevolg aan lijkt te zijn gegeven. De vraag is daarnaast in hoeverre de beplanting rondom de heuvel en bovenop de terp is aangeplant. Mogelijk zijn rondom de grafheuvel slechts enkele struiken geplant, waardoor een vrij zicht op de omgeving mogelijk was. Het uitzicht vanaf het plateau wordt tegenwoordig belemmerd. Waarschijnlijker is dat de begroeiing door verwaarlozing is ontstaan. Een aantal bomen vormt bovendien een directe bedreiging voor de keermuur van het plateau.
Op 1 maart 2018 werd op voordracht van de dorpsraad door wethouder Jan-Hein Vreede een informatiebord bij de grafheuvel onthuld, waardoor iedereen die hier langs komt kennis kan nemen van de geschiedenis van de plek.
Literatuur
- ‘Bord over geschiedenis grafheuvel Alem onthuld’ op: het Kontakt – Bommelerwaard 5-3-2018 (geraadpleegd 5-8-2018)
- ‘Bord geschiedenis grafheuvel Alem onthuld’ op Bommelerwaardgids.nl (geraadpleegd 5-8-2018)
- 'De grafheuvel in Alem' op: dorpalem.nl (geraadpleegd 5-8-2018)
- ‘C. Schiffer’ op Parlement.com (geraadpleegd 5-8-2018)
- Bureau Funeraire Adviezen/Landschapsbeheer Gelderland: ‘Waardering bijzondere begraafplaatsen gemeente Maasdriel’ (2010)