Skip to main content

Weiteveen - RK-begraafplaats

13 januari 2010

Buiten de bebouwing ligt in het Amsterdamsche Veld de rooms-katholieke begraafplaats van Weiteveen. Een locatie, die herinnert aan de zware tijden van de vervening, evenals dat met de naam van het dorp het geval is. Vanaf omstreeks 1850 vestigden zich kolonisten uit het gebied van Hannover in het Amsterdamsche Veld en het Schoonebeekerveld. Plaggenhutten vormden hun onderkomen. In hun levensonderhoud voorzagen ze door veenarbeid, boekweitcultuur en wat vee op de arme grond, die ontstond na de vervening.

Het calvariekruis met priestergraf voor de stichter van de parochie Weiteveen.Het calvariekruis met priestergraf voor de stichter van de parochie Weiteveen.Wie nu door Weiteveen rijdt, kan zich dat alles nauwelijks meer voorstellen. Namen van mensen herinneren nog aan de Duitse achtergrond. De rooms-katholieke kerk is hier sterk vertegenwoordigd, hetgeen ook weer te maken heeft met de "roots" van de bevolking, afstammelingen van de Hannoveraanse kolonisten.

Aanvankelijk vielen de mensen in het Amsterdamsche Veld en het Schoonebeeker-veld, wat de kerk betrof onder Nieuw-Schoonebeek. Nieuw-Schoonebeek was in tegenstelling tot Schoonebeek overwegend rooms-katholiek. Al spoedig kwam de toenmalige pastoor D. Huurdeman tot de conclusie, dat, gezien de enorme groei van de parochie, er een nieuwe parochie in het veen moest worden gesticht. In 1917 werd P.J. Veltman, die kapelaan was geweest in Rossum en Groningen, door pastoor Huurdeman aangewezen als bouwpastoor voor de te stichten nieuwe parochie. Voor de bouw van de kerk legde Huurdeman, die zich nogal had ingezet voor een nieuwe parochie, in 1918 de eerste steen. Op 3 juni 1919 kon de O.L. Vrouwe van de Vrede worden ingewijd en in gebruik genomen. In toog en "kisten" aan de voeten trok pastoor Veltman door zijn parochie, die hij met ijzeren hand regeerde. Het was hard werken onder barre omstandigheden.

Een ingrijpende gebeurtenis vond plaats in mei 1925. In de nacht werd uit de kerk de tabernakel, de kast waarin de heilige hosties worden bewaard, gestolen. De dieven meenden, dat daar een groot bedrag aan geld in werd bewaard. Grote ontsteltenis heerste onder de parochianen nu "Ons Heer" was gestolen. De Koninklijke Marechaussee werd ingeschakeld, zoektochten werden gehouden en met name de katholieke Maasbode bracht de misdaad in de publiciteit. Op zondag 10 mei werd de tabernakel teruggevonden in een greppel. Diezelfde dag nog werd het in plechtige processie teruggebracht naar de kerk.Centraal op de begraafplaats de open kapel.Centraal op de begraafplaats de open kapel.

De publiciteit met name door de Maasbode had voor de parochie grote gevolgen. Niet alleen kon het altaar, waarvan de tabernakel met geweld was weggenomen, worden hersteld, ook de erbarmelijke omstandigheden, waaronder de mensen in het veen leefden, trokken de aandacht. Deze aandacht betekende de komst van de Franciscanessen, Missionarissen van Maria, de zogenaamde Witte Zusters. Hun taak was te helpen bij de "oefeningen van eerherstel" na de inbraak in de O.L. Vrouwe van de Vredekerk, maar niet minder de zorg voor de zieken en de bejaarden. Het zusterhuis, waarvoor in 1929 door de directeur van de Maasbode de eerste steen werd gelegd, werd begin 1995 door de Zusters verlaten.

Op de plek van de vondst van de tabernakel werd een kapel gebouwd met daaromheen de begraafplaats. Vanuit het dorp leidt een smalle weg er naartoe. Voor het toegangshek aan de zuidzijde bevindt zich een redelijk ruime parkeerplaats. De begraafplaats heeft min of meer de vorm van een rechthoek met in het centrum de kapel. Op het altaar in de kapel treffen we de tabernakel aan en een crucifix.

De kapel, die aan alle kanten open is, geeft zicht op de vakken van de begraafplaats, terwijl er vanaf elk vak zicht is op het altaar. Aan de oostzijde van de begraafplaats bevindt zich een brede gemetselde Calvarieberg, waarop zich aan de voet van het kruis het graf bevindt van Mgr. P.J. Veltman, deken van het Dekenaat Klazienaveen, erekanunnik van het aartsbisdom Utrecht, van het bisdom Groningen en geheim kamerheer van de Paus. Hij overleed op 13 maart 1974 op 89-jarige leeftijd.

In het noordwestelijke vak bevinden zich de graven van de overleden Franciscanessen, Missionarissen van Maria, de zogenaamde Witte Zusters, die zo'n belangrijke rol hebben gespeeld in Weiteveen en omgeving. Hun aantal werd in de loop der jaren door terugloop der roepingen te gering om de begonnen taken te blijven vervullen. Die taken zouden worden overgenomen door het in 1974 opgerichte verzorgingshuis "De Veltmanstichting". In het bestuur van deze stichting waren alle gezindten vertegenwoordigd.Grafmonumenten voor de franciscanessen, Missionarissen van Maria, de zogenaamde Witte Zusters.Grafmonumenten voor de franciscanessen, Missionarissen van Maria, de zogenaamde Witte Zusters.

Het Zusterhuis werd opvangcentrum voor uit de Missie terugkerende zusters en priesters, die hier hun levensavond doorbrachten, evenals Mgr. Veltman.

Aan de westzijde van de begraafplaats trekt een "grafmonument" de aandacht, dat herinnert aan de ongedoopte kinderen van de parochie. Gezien het feit dat er altijd verse bloemen bij het monument staan, voldoet het aan een behoefte.Monument voor ongedoopte kinderen.Het monument voor ongedoopte kinderen.

De aanblik van deze verzorgde begraafplaats en van de bloemenpracht op veel graven, maakt duidelijk, dat men zich in Weiteveen verbonden weet met wie voorgingen en vorm gaven aan deze samenleving in het veen.

  

Literatuur

  • Schoonebeek door de eeuwen heen, H.D. Minderhoud (1980)
  • Encyclopedie van Drenthe; (2003)

 

Aangepast: 22 april 2024

Nieuw op de website


Andel – Het grafmonument voor Jan Claesen

27 oktober 2024
~Noord-Brabant

Als bloemen bij het graf - Boelenslaan

27 oktober 2024
~Als bloemen bij het graf

Pieneman, Jan Willem

29 september 2024
~Kunst & Cultuur

Als bloemen bij het graf - Garsthuizen

15 september 2024
~Als bloemen bij het graf