Hedzer Castelein 13-02-1889 - 29-08-1915
Het contrast kan niet groter zijn in Wergaa. Het urinoir aan de Wargaastervaart is voorzien van een zeventiende-eeuwse grafzerk als toegangspad. De oprichting in de vorige eeuw van deze stenen “krul”, zal op grond van die geplaatste grafzerk wel zijn geschied in opdracht van de kerkvoogdij voor het mannelijk deel van de kerkgangers met hoge nood. Niet het lot dat je zo’n zerk toewenst, al zijn er voorbeelden te over, die aantonen hoe weinig zorgvuldig men soms omging met funerair erfgoed.
Hoe anders ziet het eruit op de begraafplaats, wanneer onze blik getrokken wordt naar het grafmonument op het graf van Hedzer Castelein. Het is een opvallend grafmonument. De afgebroken zuil op het graf symboliseert het onverwachte en op jonge leeftijd overlijden van Hedzer. De zuil rust op een pedestal (voetstuk), waarop aan de voorzijde zijn naam, geboorte- en overlijdensdatum en de namen van zijn ouders.
Op de rechter- en linkerzijde bevinden zich grafdichten.
DES MORGENS VROOLIJK EN GEZOND,
VERLIET GIJ VOOR EEN WIJLE HET
OUDERHUIS,
EN, VÓÓR DE ZON OP ’T HOOGSTE STOND,
GINGT GIJ HEEN, VOORGOED, NAAR
’T EEUWIG THUIS;
HOE DIEP ONS LEED OM HET SCHEIDEN ZIJ
UW LIEFDE, HEDZER, BLIJFT
STEEDS ONS BIJ.
VAN VREUGDE GENIETEN,
EN VOORAL VREUGDE GEVEN,
ZOO, BESTE JONGEN, WAS UW LEVEN.
GENIETEN KAN HELAAS NIMMER
MEER.
DOCH GEVEN DOE JE ONS NOG
TELKENS WEER.
Op zich bieden de grafdichten geen duidelijkheid met betrekking tot zijn overlijden, wel hoe hij was, hoe geliefd en hoeveel liefde en vreugde hij gaf. Achter de grafdichten rijzen voor ons ouders op, in wier leven een ontzaglijk diepe wond is geslagen, ook al weten zij hun zoon in het “eeuwig thuis”, zoals we lezen in het eerste grafdicht.
Staande bij het monument, zou je willen weten hoe hij kwam te overlijden. Uit de grafdichten kun je wel opmaken, dat het geen einde was van een langdurig ziekbed of een kortstondige ziekte. Een ongeval lijkt voor de hand te liggen. Een krantenbericht in de Franeker Courant van 2 september 1915 geeft uitsluitsel. Hedzer was met een vriend gaan kanovaren op de plassen bij het Holstermeer. Daar troffen ze een aantal vissers aan die ze kenden. Een ervan wilde ook wel eens het varen in een kano uitproberen, wat hem niet lukte. Terechtgekomen in het water, probeerde men hem op de wal te krijgen. Ook Hedzer, geoefend zwemmer, nam deel aan de reddingsoperatie. Toen de visser weer op de wal was getrokken, zag men, omkijkend naar Hedzer, dat hij, zoals het krantenbericht vermeldde, ‘zich in zinkende toestand bevond’. Pogingen hem te redden waren te laat. Levenloos werd hij uit het water gehaald.
De belangstelling voor de begrafenis was buitengewoon groot. Hedzer, geliefd als dorpsgenoot, was lid van diverse verenigingen, waaronder een gymnastiekvereniging en een rederijkerskamer. Velen waren gekomen om Hedzer de laatste eer te bewijzen, ook een deputatie van het 9e depôt-bataljon, waartoe hij behoorde. Ondanks zijn leeftijd niet vreemd, als we bedenken dat we 1915 schrijven. In Europa woedde de Eerste Wereldoorlog en in het neutrale Nederland was de mobilisatie afgekondigd.