In 1766 overleed Israël Emanuel, de waarschijnlijke grondvester van de joodse gemeenschap in Hardenberg. Hij werd begraven op een heuvel aan de oever van de Vecht. In die jaren was er nog niet echt sprake van een joodse gemeenschap in Hardenberg en was er ook nog geen eigen begraafplaats. Een geschikte plek werd gevonden op een heuveltje buiten Hardenberg. Het heuveltje aan de oever van de Vecht leek geschikt, want bij het buiten de oevers treden van het riviertje bleef het heuveltje droog en bestond er dus niet het gevaar dat de doden door het wassende water bloot kwamen te liggen.
Gezien het vlakke land in de omgeving, kan men aannemen dat deze kleine heuvel kunstmatig is ontstaan. Mogelijk hoorde de heuvel bij 'De Hofstede'. Volgens overlevering zou er in 1379 een kapel op gebouwd zijn.
Eind achttiende eeuw was het voor joden vaak niet gemakkelijk om zich ergens te vestigen. Zo ook niet in Hardenberg. Verzoeken werden afgewezen en soms uitgespeeld tot aan de Ridderschap. Uiteindelijk kregen enkelen toestemming zich te vestigen, maar de gemeenschap bleef klein. In 1809 werd door de Hardenbergse joden een verzoek tot subsidie voor de bouw van een synagoge gedaan bij koning Lodewijk Napoleon. Op dat moment behoorde Hardenberg nog bij Deventer, pas in de twintiger jaren ontstond er een georganiseerde joodse gemeente binnen het kader van het Nederlands-Israëlitisch Kerkgenootschap. Uiteindelijk duurde het tot 1855 voordat een synagoge gebouwd en ingewijd zou worden, later zou de synagoge verhuizen naar een ander gebouw.
De joodse gemeenschap in Hardenberg nam het heuveltje waar Israël Emanuel lag begraven in gebruik als eigen begraafplaats. In de loop der jaren kreeg het de naam 'Jeudenbarchien' (Jodenbergje).
Als in de wintermaanden de Vecht buiten haar oevers trad, vonden de begrafenissen plaats per boot. Als het vroor kon men de overtocht doen met een slee. De laatste begrafenis op de begraafplaats heeft eind negentiende eeuw plaatsgevonden. In 1901 werd een nieuwe begraafplaats aan de Gramsbergerweg in gebruik genomen. De joodse bewoners van het enkele kilometers noordelijk gelegen Gramsbergen werden ook in Hardenberg begraven. Vanwege de route die men volgde naar de begraafplaats, kreeg een weg tussen Gramsbergen en Hardenberg de naam 'Jodenweg'.
Na de Tweede Wereldoorlog was er van de joodse gemeenschap in Hardenberg weinig over. Slechts enkelen kwamen terug. Ondanks protesten werd de synagoge in 1980 gesloopt, maar in 1987 kreeg een terrein nabij de plek de naam Israël Emanuelplein. De twee joodse begraafplaatsen worden onderhouden door de gemeente Hardenberg.
Literatuur
- Jozeph Michman, Hartog Beem, Dan Michman, Pinkas - Geschiedenis van de joodse gemeenschap in Nederland (Amsterdam, 1999) p. 409-411
- 'Jodenbergje', in: Langs dodenakkers in het Overijssels Vechtdal, p.30
- 'De Joodse begraafplaatsen in Nederland', Themanummer Misjpoge (oktober 1990)